Stichting Galileo

“Je kan een mens niets leren; je kan hem alleen helpen het zelf te ontdekken in zichzelf.”

Galileo Galilei, Italiaans natuurkundige (1574-1642)

De kerntalentenanalyse is bij uitstek het instrument om mensen te helpen hun talenten in zichzelf te ontdekken.

Het doel van Stichting Galileo

Het doel van Stichting Galileo is het stimuleren van talent en het bevorderen van ontplooiingsmogelijkheden van (hoog)begaafden door het doen van onderzoek of assessments voor particulieren, bedrijven, (overheids)instellingen en/of het coachen van volwassenen en jongeren. De stichting wil kennis overdragen over hoogbegaafdheid en de kennis van metacognitieve vaardigheden en studievaardigheden. De stichting sponsort doelen die in overeenstemming met het bovenstaande zijn.

Het verhaal van Galileo en de kerntalentenanalyse

Galileo Galilei, de naamgever van de stichting, was een briljante natuurkundige. Zijn ontdekkingen vormden bewijzen voor het wereldbeeld van Copernicus, dat niet de aarde maar de zon het centrum van het heelal was en de aarde om de zon draaide. Galileo verkondigde dit standpunt luidkeels en werd daarvoor in 1616 door de kerk veroordeeld. Maar nadat in 1623 zijn vriend en bewonderaar Urbanus VIII tot paus was gekozen, kreeg hij alsnog toestemming een boek te schrijven over het wereldbeeld van Copernicus op voorwaarde dat hij ook het klassieke wereldbeeld (de aarde staat stil in het middelpunt) zou uitleggen en van beide wereldbeelden de sterke en zwakke kanten zou tonen. Formeel hield Galileo zich aan de gestelde voorwaarde, maar Galileo had bedacht om in zijn boek diegene die het klassieke wereldbeeld verdedigt ‘Simplicio’ te noemen. Het standpunt van Simplicio wordt door zijn gesprekspartners telkens weer belachelijk gemaakt. Urbanus VIII voelde zich door het boek dan ook zwaar voor schut gezet en een tweede veroordeling kon niet uitblijven.

Waarschijnlijk had Galileo liever voorkomen dat zijn boek zou worden verboden en hij voor een tweede keer zou worden veroordeeld. Galileo kan geen kerntalentenanalyse meer doen. Maar als dat toen wel had gekund, misschien had een kerntalentenanlyse aangetoond dat Galileo geen sterk empathisch kerntalent had om zich in anderen in te voelen. Of hij was geen strateeg. Of Galileo had combinaties van kerntalenten die maakten dat hij zeer gedreven was en geen autoriteit boven zich kon verdragen. En dat hij daarom zijn vriend en bewonderaar (on)bewust provoceerde. We kunnen het nu niet meer te weten komen. Maar na een kerntalentenanalyse weet jij wat je sterke kerntalenten zijn. En wat je kleine kerntalenten zijn. Dan kun je iemand om advies vragen die daar wel sterke kerntalenten voor heeft. Het maakt niet uit of je zo briljant bent als Galileo of ‘gewoon’. Het gaat om zelfkennis en om bewuste keuzes kunnen maken.